De waarneming in de mond heeft veel invloed op menselijke smaakbeleving. Een goed voorbeeld is een ijsje. Als je die laat smelten is het ontzettend zoet, als het ijsje koud is merk je van het zoetige minder. Hier heeft de temperatuur dus een grote invloed op de smaak. Het is belangrijk om de wijn op de juiste temperatuur te schenken. Het gaat vaak mis met witte wijnen. Witte wijnen worden vaak te koud geserveerd. Zo onderdrukt men de smaak van de wijn. Rode wijnen daar en tegen worden te vaak te warm geserveerd. Hierdoor kan de rode wijn vaak zwaar en log overkomen. Een goede serveertemperatuur is afhankelijk van dan het smaakprofiel van de wijn. In onderstaande tabel zie je de juiste serveertemperaturen voor witte en rode wijnen.

 

8 – 10 graden Celsius	Eenvoudige, strakke en frisse wijn. Mousserende wijnen en Fino Sherry. Zoete witte wijnen (als aperitief).
10 – 12 graden Celsius	Frisse en fruitige rode wijnen. Witte Port.
12 – 14 graden Celsius	Vettige, ronde witte wijnen.
14 – 16 graden Celsius	Complexe, volle witte en rode wijnen. Zoete witte wijnen (dessert).
16 – 18 graden Celsius	Krachtige rode wijnen. Rode Port.

 

De temperatuur van de wijn is dusdanig belangrijk dat het smaakprofiel van de wijn kan veranderen.